Opeens zijn ze er.
Dé vastelaoves-kriebels.
Ze fladderen wat door mijn buik alsof het vlindertjes zijn.
Wat ís “hét vastelaovesgeveul”?
Ik kan het niet uitleggen.
Geloof me.
Ik heb al verwoede pogingen gedaan om het proberen uit te leggen aan mensen die dat gevoel niet kennen/hebben.
Maar verder als: schminken, sjoon pèkske, sjtasiefestasie, gezelligheid, kroegje hier, kroegje daar, kom ik niet.
Ik kán het niet uitleggen.
Het is écht een gevoel.
En dat héb je, of dat heb je niet.
Sinds vorige week ziet ons huis eruit alsof er een boa-bom is geëxplodeerd.
Één deel van de woonkamer ligt bezaaid met hoedjes, pekskes en boa’s.
Ik doe ook geen moeite om het op te ruimen eerlijk gezegd.
De kiendjes graaien af en toe eens in de vastelaovesdozen en huppelen vervolgens met een versleten sambabal en een raar mutske op door het huis.
Ik hou hier zó van.
Ik hou van gezelligheid en mensen om me heen.
Nou. Dát zit wel goed met de vastelaovend.
Vroeger was ik éigenlijk een beetje een einzelgänger.
Dat er nogal een verschil van vastelaovend vieren tussen verschillende plaatsen, viel zelfs mijn lief op.
Toen we afgelopen zaterdag met de buurtjes in Weert op stap waren, zei hij (de Hollènjer) tegen me: het is hier echt héél anders dan in Roermond!
En ja, dat is ook zo.
In Weert is iedereen op stap met zijn eigen groepje en praat je met de mensen die je kent.
In Roermond kun je gerust in je eentje op stap gaan en gewoon tegen Jan en Alleman aanzeivere.
Niemand die daar raar van op kijkt. In Weert dus wel en blijft iedereen braaf bij zijn eigen groepje plakken…
Dus.
Dus trek ik met vastelaovend op zaterdag weer terug naar mien Remunj en laat me onderdompelen in deze menigte.
Kijk die kleuren!
Kijk dat plezier!
Dét is noe vastelaovend!!
Geneet en maak d’r ein sjoon feestje van!
Alaaf en geniet er van!
Heerlijk!! Ich kin ut! Geneet! X
Super feest, genieten maar!